I'm sharing a memory now, I hope that's how it stays

13 oktober 2017 - Norwich, Verenigd Koninkrijk

Gary Barlow - Forever Love

De staat Chiapas is onderdeel van Mexico en als traditioneel woongebied van het Mayavolk, één van de meest achtergebleven delen van het land. De staat heeft voor jaren al minder stromend water, elektriciteit en inkomen dan de landelijke gemiddelden van Mexico gehad. Kindersterfte en alfabetisme, maar ook de massale toestroom van de Guatemalteekse vluchtelingen hebben de marginalisatie in de 1980s versterkt. De raciale segregatie is groot, mede door de gewelddadige conflicten die in de loop van de tijd plaatsvonden tussen de blanke overheersers en de inheemse bevolking: De aanwezige aardolie, gas en koffie kwamen niet ten goede aan de Chapeneken, maar aan de corrupte Spaanstalige elite. Op 1 januari 1994 ging het mis. Het NAFTA-verdrag, dat de handel tussen Canada, Verenigde Staten en Mexico moest bevorderen door alle importtarieven te verlagen of te ontheffen, was de druppel voor de inheemse bevolking van Chiapas. De belangen van met name de industrie in de Verenigde Staten zou met dit verdrag bevoordeeld worden ten koste van de Mexicaanse landbouwers. 4 miljoen kleinschalige boeren zouden hun banen verliezen. Ze pikten de onderdrukking niet langer en stonden op voor hun rechten. Op een vreedzame manier bezetten troepen – Zapatisten genoemd - steden in Chiapas om grond, huisvesting, gezondheidszorg, onderwijs, vrijheid, democratie, gerechtigheid, vrede en de afzetting van de corrupte president Salinas de Gortari te eisen. De regering reageerde met geweld en er vielen veel doden. De strijd van de Zapatisten ging de geschiedenisboeken in als eerste postmoderne opstand, onder ander door het gebruik van hun communicatie (via de massamedia, het internet en de geschriften van de woordvoerder) en door het gelimiteerde gebruik van geweld om hun doelstellingen te verwezenlijken.

Deze geschiedenis speelde zich net af voordat ik geboren werd. Toen mijn moeder mij eens de krant liet lezen met mijn geboorteaankondiging erin, las ik vol verbazing over de Zapatisten. In deze krant werden de Zapatisten geportretteerd als gewelddadige rebellen, als een gevaar voor de westerse wereld. Ik weet niet waarom ik zo woedend werd over hoe de Zapatisten 20 jaren daarvoor door de media werden gecriminaliseerd. Kon ik me als boerendochter en provinciale Friezin misschien verplaatsen in hun inheemse boerenleven? Was ik me er niet eerder van bewust dat de media sterk propagandeert? Of was ik gewoon ongesteld en kon ik mijn emoties niet onder controle houden? Hoe dan ook voelde mijn geboorte in de week van de eerste postmoderne opstand als een soort roeping, met de Zapatisten als revolutionaire helden. Alsof ik de belichaming moest worden van het geweldloze verzet tegen een kapitalistische, door geld en macht beïnvloede wereld.

Met deze droom in gedachten, leek het studeren van antropologische theorieën, het leren van Spaans en mijn werk bij NGO’s in Latijns Amerika een logisch gevolg. Het gaf me de kans om te luisteren naar hen die onderdrukt worden en de verhalen te vertellen van hen die anders niet kunnen spreken. Het gaf me de kans om het leven van mensen te verbeteren, al was het maar een heel klein beetje voor een korte tijd. Bovendien gaf het me de kans om als cultureel vertaalster mensen kritisch laten na te denken over hun levens: wat voor boodschap draag je met je levensstijl uit naar de rest van de wereld?

Nu ik mijn antropologie-opleiding heb afgerond, denk ik veel na over mijn toekomst. Ga ik verder in de ontwikkelingssamenwerking, ook al heb ik weinig macht en nog minder financieel draagvlak? Kan ik het aan om in zoveel onzekerheid te leven? Ben ik bereid om mijn dierbaren keer op keer achter te laten voor mijn ideologie? Of moet ik mijn dromen aanpassen en in Nederland voor een NGO aan de slag gaan, ook al is de vaak niet belangeloze, zakelijke en op geldgerichte houding tegen mijn principes? Als ik op zoek ga naar passende vacatures blijk ik bovendien vaak onder gekwalificeerd door een gebrek aan ervaring, certificaten of het missen van een bepaald diploma.

Mijn uitstap naar Engeland is onder het mom van “ik moet aan mijn Engels werken” vooral een vlucht om na te kunnen denken over mijn toekomst. Nadenken of ik een interessante master ga doen in antropologie of ontwikkelingsstudies en vervolgens met dezelfde twijfels en onzekerheden zit als nu. Of dat ik ga voor een omscholing en bijvoorbeeld lerares of maatschappelijk werkster kan worden. Via een regeling met Universiteit Utrecht, kan ik relatief goedkoop in Engeland studeren. Dit houdt wel in dat ik aan contractuele verplichtingen moet voldoen en psychologievakken zou moeten volgen. Ik was dan ook verrast toen ik voor het eerst mijn studierooster zag en vooral bij lessen van International Development ben ingedeeld.

Van maandag tot en met vrijdag krijg ik colleges over onder andere migratie, vluchtelingen, oorlogen en globalisatie. Behalve met een antropologische blik, leren we met een economische en politieke visie naar de wereld en haar problematiek kijken. Net als in mijn persoonlijke leven, staat economie en politiek internationale ontwikkeling in de weg. Ik moet naar documentaires kijken over vissers in Thailand, die vaak verhandeld en mishandeld worden om betaalbare vis in de westerse supermarkten te krijgen; over de uitbraak van Ebola, die in de afgelopen jaren duizenden levens heeft gekost; over meisjes van 12 die in Liberia massaverkachtingen ondergaan en zwanger achterblijven; over de hoge aantallen zelfdodingen in Chinese iPhonefabrieken, omdat de werkomstandigheden mensonterend zijn. Ik leer over dat de vluchtelingen in het westen slechts 14% van alle op de vlucht geslagen populaties ter wereld zijn; de meesten worden opgevangen in ontwikkelingslanden zelf. Elke dag opnieuw besef ik hoe onwetend ik ben, hoe onwetend wij zijn en hoe lang de weg naar een corruptieloze wereld met grond, huisvesting, gezondheidszorg, onderwijs, vrijheid, democratie, gerechtigheid en vrede voor iedereen is. Als het dagelijks in aanraking komen met de wereldproblematiek een teken van God is, weet ik niet hoe ik het moet interpreteren. Elke dag zit ik uren in de bieb om alle literatuur te lezen en tot me te nemen. Elke dag zit ik op het puntje van de stoel, voorste rij om alle nieuwe kennis op te doen. Elke dag participeer ik en deel ik mijn ervaringen, over hoe ik denk dat er een gelijkwaardigere wereld moet komen voor iedereen. Over dat de verbetering van de positie van vrouwen ook educatie van de mannen vraagt. Over het belang van onderwijs, omdat kennis macht is. Over het belang van een verandering in het gedachtengoed van de vaak veel te egocentrische westerse wereld. Mijn docenten geven aan dat ze blij zijn met de imput van een student die zo travelwise is. En ik besef dat studeren het leukst is wanneer de maatschappij vindt dat het tijd is om te werken.  

In de mentorlessen is er ruimte voor het delen van mijn twijfels. We delen ervaringen en onzekerheden over de Universiteit, het studentenleven, de studiekeuze en de toekomst. Mensen schrijven “slecht eten”, “falen voor examens” en “het krijgen van een drugsverslaving” op. Ik realiseer me dat iedereen een strijd voert op zijn of haar eigen niveau.

Foto’s

2 Reacties

  1. Marten en tineke:
    13 oktober 2017
    " Mensen kritisch laten nadenken over hun levens", veel meer kan de gewone sterveling niet doen Renate. Maar daardoor doe je al veel meer dan de meesten van ons. Niet wegkijken, weten wanneer je gelijk hebt maar het niet zult krijgen en ondertussen gewoon genieten van simpele dingen om je heen.Kleine speldenprikjes uitdelen zo lang het niet ten koste gaat van jezelf.
  2. Ruurd:
    13 oktober 2017
    Vechten voor je naaste en een betere wereld, en tegelijk weten dat het kwaad er is, ook in mezelf. Het blijft een kwestie van geloof, anders houd je het niet vol. Bidt en werkt, en dan uiteindelijk een goede toekomst.