Destination anywhere, east or west I don't care

2 februari 2013 - Champasak, Laos

The Commitments - Destination anywhere 

Dit reisverslag op internet plaatsen heeft meer dan 2 dagen geduurd. Ik heb zelfs een fiets moeten huren om werkende WiFi te vinden. Geniet ervan als je dit kunt lezen zonder internetproblemen. 

Soms voel ik me zo gelukkig, dat ik weet dat ik binnenkort ongeluk krijg. Periodes van geluk kunnen in deze verrotte wereld namelijk nooit lang duren. Zo leken mijn trekplannen ook bijna in het water te vallen, want ik werd vanaf zaterdag behoorlijk ziek. Ik denk dat ik iets verkeerds gegeten heb, maar weet niet aan welke vriend of maaltijd ik het moet wijten. De Vietnamese sandwich, Koreaanse rijst, Thaise noodles, Mexicaanse wrap… Ik ben een soort alleseter geworden sinds ik over de vloer kom bij zoveel verschillende culturen. Gelukkig had ik lieve mensen om me heen en kreeg ik genoeg hot tea en medicijnen om weer aan te sterken. 
De eerste blaar had ik al toen ik Pattaya nog niet uit was. Niet onlogisch, aangezien mijn voeten heel wat gewicht moeten dragen. Het is een algemeen feit dat ik slecht ben in het inpakken van koffers of tassen. Zo ging ik 3 weken naar Turkije en vergat ik mijn beha’s, een dag naar Rhodos en vergat ik mijn paspoort en op feestvakantie naar Texel en vergat ik mijn scheermessen. Dit keer pakte ik zo zorgvuldig in, dat ik niet kon kiezen en uiteindelijk 2 zware tassen op sleeptouw had. Inclusief beha’s, scheermessen en mijn paspoort. 
De gedachte waar ik aan begonnen was, flitste regelmatig door mijn hoofd. Vooral toen ik in Ubon Ratchathani aankwam, het koud en donker was en ik uren moest wachten voor er een loket openging. Gelukkig overheerste het stemmetje ‘je kunt beter spijt krijgen van iets wat je hebt gedaan, dan van iets wat je niet hebt gedaan.’ 
Na een busreis van 10 uren en 4 uren gewacht te hebben, kon ik in een internationale bus naar Laos. Bij de grens was het één dikke corrupte bende. Zo wilden ze mij 2x voor mijn visa laten betalen en toen ik dat weigerde, hielden ze mijn paspoort in. Ik moest betalen om mijn paspoort terug te krijgen. Deze handelswijze leidde er vroeger toe dat ik mensen kon slaan. Nu heb ik als een pussy geld betaald om mijn paspoort terug te krijgen, met de gedachte dat ze het moeten steken in het verbeteren van de wegen. Wat een drama die zandwegen, onderweg werd er ook nog een koe aangereden. Verder was het een veilige reis met bijzondere ontmoetingen. 
Ik ontmoette mensen zoals ik, mensen zoals ik in het kwadraat en zulke gekke mensen, dat er geen beschrijving voor is. Gelukkig kan een mens in mijn belevingswereld niet gek genoeg zijn en ben ik altijd in voor gesprekken met malle hippies en ontdekkingsreizigers. Nog geen uur later zat ik Indiaas te eten met 2 Britse Andrews. De een leek op Sebastiaan Wolswinkel en de ander leek op Syb van der Ploeg. Als een puber zat ik naar hun gesprekken te luisteren en te lachen, het ging nog net niet over Star Trek. Het slechte nieuws is dat nerds nooit voor mij betalen en het goede nieuws is dat Andrew (die op Syb van der Ploeg lijkt) me meenam naar een eiland. Tante Nella had me goed gewaarschuwd dat ik geen snoepjes van vreemde mannen mag aannemen, maar in het leven van reizigers kan alles. Zo stelde iemand voor om ‘even’ met mij naar Cambodja te reizen en worden er vliegtuigen genomen alsof het treinen zijn. Het gevoel van zoveel vrijheid en aan niemand verantwoording af te hoeven leggen (behalve aan jezelf) is onbeschrijflijk. Ik kreeg een traantje van geluk en voelde innerlijke woede naar mezelf toe, omdat ik dezelfde morgen nog twijfels had. Backpacken is het leukste wat er is. 
Ik ben zonder kaart of routeplanner op stap, met één simpele reden: Zonder plan kun je nooit verkeerd navigeren. Het lijkt me veel grappiger om achteraf een kaart te pakken en te kijken waar ik ben rondgezworven. Ik dacht dat ik hierin uitzonderlijk zou zijn, maar eigenlijk zie ik niemand met een ANWB-gids of landkaart. Andrew heeft in Laos gewoond en was mijn gids. Toen hij zei dat hij een verrassing voor me had, werd ik heel blij. Totdat hij sojamelk achter zijn rug tevoorschijn haalde. In de bus richting het eiland, lukte het beter om hem te tolereren. Hij leerde me woordjes van Laos, vertelde me alles over de landen die hij heeft bezocht en gaf me een hoop tips. Bijvoorbeeld dat ik altijd aardig moest zijn, naar elk land vrede moest brengen en dat je je vrienden minstens 1x per jaar moet bellen om ze niet uit het oog te verliezen. Ik was blij dat hij er was, want ik reed 4 uren lang door de middle of nowhere. Toen ik boten naar het eiland moest nemen, voelde ik me als de Joden die overstaken in de film ‘Zwartboek.’ Deze scène zou je niet graag live willen meemaken, gelukkig kwam ik veilig aan in een guesthouse. Een guesthouse is zo leuk, dat het net wat voor mij is om dat na mijn studie ergens te starten. Het is een camping, maar dan met jongeren die ouder dan ik zijn. In plaats van een kampeerplek heeft iedereen een eigen hut, in plaats van een kantine is er een grote lounge. Het is heel makkelijk om een praatje met mensen te maken, want iedereen zit in hetzelfde schuitje. Er was alleen een teleurstellende mededeling. Het guesthouse zat vol en zelfs alle hangmatten waren bezet. De enige optie die openlag was in het huis van de eigenaar slapen, maar dan wel met Andrew in één bed. Ik had 7 voertuigen genomen en 50 uren niet geslapen en dan komt iemand je vertellen dat je met een 35-jarige die steeds liefdesliedjes voor je speelt in één bed moet slapen. Helaas kon ik geen andere optie bedenken. Waar kon ik heen vluchten? Ik werd zenuwachtig van zijn aanwezigheid, toen hij me vertelde dat hij wel samen wilde douchen en dat hij wenst te trouwen met een reiziger. Ik ben het boegbeeld van een happy single en wens dat voorlopig nog te blijven, waarom praten al die creeps over trouwen? 
Mijn eerste echte nacht als backpacker kan ik niet anders beschrijven dan een horrornacht. Ik heb mijn rug omgekeerd en gedaan alsof ik sliep, waarna Andrew mijn tussenpauzes van mijn ademhaling ging tellen om te weten of ik echt sliep of niet. Het feit dat ik dit na kan vertellen, verklapt het antwoord al. Toen hij dacht dat ik echt sliep, begon hij me de liefde te verklaren. Hij noemde al mijn goede eigenschappen op. Ten eerste wist ik niet dat ik er zoveel had en ten tweede begreep ik niet dat iemand denkt je na 1 dag zo goed te kunnen kennen. Toen hij God begon te bidden of er iets moois tussen ons mocht opbloeien, kon ik wel gillen. Ik durfde pas te gaan slapen toen hij een nachtelijke wandeling ging maken. De hanen hebben een ander slaapritme en wekten me om 4 uur. 
Ik ben vroeg uit mijn bed gegaan om de eerstvolgende vrijkomende hut op te eisen. Gelukkig was er een hut vrij. Ik ben op pad gegaan en heb 15 kilometer door de natuur gewandeld. Het klinkt ontzettend saai, maar dat was het totaal niet. Ik ben hele leuke mensen tegengekomen en heb gezwommen tussen de rotsen en de bergen. Ook heb ik een stoomlocomotief uit de Vietnamese oorlog en een waterval bezocht. In mijn reis ben ik bij verschillende locals binnen geweest. Ik sprak met veel mensen die reizen voor hun werk. Mijn ontmoeting van de dag was met een Nederlander van Marokkaanse afkomst, die programma’s maakt. Hij is voor mijn lievelingsprogramma, ‘Het Mooiste Meisje Van De Klas’ in verschillende landen geweest. 
Het leuke is dat iedereen elkaar groet en niemand het raar vindt om een praatje te maken met een wildvreemde. Zo kwam er een Zwitserse man bij me zitten, terwijl ik aan het lunchen was. Hij bleef zich maar indekken dat zijn Engels niet zo goed was. Hij was prima te verstaan en op een gegeven moment werd ik boos. Ik ben jonger dan zijn dochters, maar sprak hem aan alsof ik zijn moeder was. Ik zei dat hij moest ophouden zichzelf te vergelijken met native-speaker. Het is een niveau dat wij als Europeanen niet kunnen bereiken. Ik snap zijn onzekerheid, want zo voelde ik me lange tijd zelf ook. Vooral als een Engelssprekende moest lachen om mijn uitspraak of taalfouten. Deze schaamte heeft plaatsgemaakt voor trots, wij proberen tenminste meerdere talen te kunnen spreken. Na mijn preek was hij opeens heel blij. Hij kocht zelfs een bananenmilkshake voor me. 
De munteenheid heet hier kip en het grappige is dat het hele eiland is bezaaid met kippen. Ik weet niet of het een verband heeft. Ik weet wel meer dingen niet en zoiets merk ik pas als ik met ervaren reizigers spreek. Met slechts 2 stempels in mijn paspoort kan ik niet echt meepraten, maar dat maakt hier niet uit. Iedereen is zo aardig, geeft allemaal tips en adviezen waar ik straks naar toe kan gaan. Nu ik dit schrijf zit ik in mijn hangmat te chillen en kijk ik uit over de Mekongrivier. Het was een super mooie dag en dit is nu al de beste reis van mijn leven.